Suster Bertken

Berta is dochter van kanunnik Jacob van Lichtenberg, een hoge geestelijke dus. Priesters behoren celibatair te leven. Maar aan het eind van de Middeleeuwen woont ruim veertig procent van de kanunniken samen met een vrouw en vaak hebben zij
ook kinderen. Dit is meestal algemeen bekend én geaccepteerd. Waarschijnlijk
groeit Berta op bij haar ouders thuis.
Haar vader komt uit een rijke, adellijke familie en het ontbreekt haar aan niets. Ze draagt mooie, modieuze kleren en krijgt goed onderwijs. Berta is ongeveer
22 jaar oud als haar vader sterft. Misschien treedt ze dan tijdelijk in een klooster in. Als ze dertig jaar is, laat ze een kluis bouwen tegen de Buurkerk, de grootste parochiekerk van Utrecht.
Berta laat zich rond 1456 opsluiten in de kluis. Er vindt een speciale kerkelijke ceremonie plaats. Berta neemt afscheid van het wereldlijke leven. Daarom is er eerst
een afscheidsplechtigheid, alsof ze gestorven is. Daarna volgt een soort huwelijksceremonie, want ze zal haar verdere leven wijden aan Christus, haar ‘hemelse bruidegom’.
Van de wijbisschop krijgt ze een kruisbeeld als symbool van haar bruidegom. Haar nieuwe wereld is veel kleiner dan ze gewend is. Het is niet bekend hoe groot de kluis precies was, maar waarschijnlijk ten minste acht vierkante meter. Aan de kant van de kerk zit een raampje, zodat ‘suster Bertken’ de mis kan meevieren. Ook aan de buitenzijde zit een raampje. Daardoor krijgt ze voedsel aangereikt, kan ze contact
hebben met haar biechtvader en met mensen die haar om geestelijke hulp of gebed vragen. Daar zit ook het deurtje waardoor zij de kluis intrad. De sleutel wordt bewaard door de prior van het nabije regulierenklooster.
Berta leeft volgens het dagritme van geestelijken met de zeven getijdengebeden en veel meditatie. Ze schrijft intense gebeden, een persoonlijke meditatie over
de geboorte van Jezus en gedichten. Kort na haar dood worden deze teksten diverse
malen uitgegeven.
Drie Utrechtse geestelijken bezingen haar vrome en sobere leven: ‘Zij heeft haar
leven in zware boetedoening doorgebracht. Zij droeg een grofharen kleed op haar naakte lijf en een eenvoudige grauwe rok. Zij at nooit vlees of zuivel, ging altijd blootsvoets. Nooit verwarmde een vuur haar kluis.’
Op zondagochtend 25 juni 1514 sterft Berta in haar kluis, 87 jaar oud. Kerkklokken luiden alsof er een geestelijke is overleden.
Velen wonen Berta’s begrafenis bij. Nog tientallen jaren leggen mensen op
haar sterfdag bloemen op haar graf. π IS